zondag 8 september 2013

Leon van Bon


Leon van Bon.. Vorige maand reed hij zijn laatste wedstrijd als wielerprof.
Het had niet veel gescheeld of Leon van Bon was helemaal niet Apeldoorns beste wielrenner ooit geworden.

Van Bon, Apeldoorns bekendste wielrenner, was voor het grote publiek eigenlijk al lang gestopt. Zonder echt in de schijnwerpers te willen staan, reed hij de afgelopen jaren nog diverse profkoersen. Op de wielerbaan zelfs nog regelmatig mét succes!

Leon van Bon, ooit Nederlands kampioen, ooit derde van de wereld, ooit Olympisch zilveren medaille winnaar en ooit winnaar van 2 touretappes… Dat lijkt natuurlijk heel wat, maar niks is minder waar. Leon heeft geluk gehad. Het had niet veel gescheeld of een andere Apeldoorner was de beste ooit geworden. Ik leg het uit.

Leon was in de jaren 80 een junior die met kop en schouders boven de rest uitstak. Over Leon zei men:”zo’n talent kom je maar eens in de 25 jaar tegen!”. Elk weekend haalde hij met zijn prestaties wel de Apeldoornse courant. En als ik die krant uit had, dan hoefde ik op dinsdagavond maar naar buiten te kijken, of ik zag Leon aan ons huis voorbij rijden, achterna gezeten door zijn jongere broer Matthijs.

Ik was 16 en zat als ouder wordende puber er op te zinspelen, om mijn opwachting in het peloton te maken.  Zal ik mijzelf ook lid maken van de Adelaar? Ik weet dat ik een geschenk ben voor de vaderlandse wielersport!
Op een dag liep ik voor ons huis aan de Driehuizerweg. Het was dinsdagavond en wie kwam de hoek omzeilen? Juist… Leon van Bon. Hij zei “hey!”, en ging op de pedalen staan. Dit was het teken! Ik zinspeelde op een wielercarrière en Leon gaf zijn goedkeuring!

Al snel reed ik op mijn in Frankrijk gekochte Peugot fiets, mee bij de junioren. Mijn eerste training was gelijk op bekend terrein. Via Hoog Soeren en Halte Assel links het spoor over en omhoog richting Radio Kootwijk. De opdracht was simpel: zo hard mogelijk omhoog tot aan het viaduct over de A1. Dit was mijn kans! Het kleine peloton jonge jongens versnelde en ik ging met ze mee. Ik reed bijna helemaal vooraan en voelde de verbazing in mijn rug branden. Wat doet die vreemdeling daar voorin!? Ik voelde mij ongewenst, maar.. met dubbele moraal! Ze moesten er maar aan wennen, dacht ik! Met grote overmacht schakelde ik nog een keer bij en geselde ik mijn pedalen. Driehonderd meter later reed ik helemaal achteraan. Ik passeerde het viaduct met benen van zuur en een flink gedeukt ego.

Dit was het dus. De harde wetten van het wielrennen. De romantische gedachte dat mijn lot voorbestemd was, dat ik Neerlands beste renner ooit zou worden omdat ik nou eenmaal gek op wielrennen was én van spaghetti hield, spatte wreed uiteen.  Ik was terug op aarde. Ik was niet de opvolger van Leon van Bon.

Later bleek dat al die jongens een paar keer week zelfstandig ook nog hun trainingsrondjes maakten, weer of geen weer, zin of geen zin. Na 1 jaar lidmaatschap van de Adelaar en welgeteld 1 wielerkoers verder, hield ik het voor gezien. Dit was niks voor mij!

Mijn wielerego was gekrompen. Het enige wat gegroeid was, was mijn bewondering voor wielrenners in het algemeen, en voor Leon van Bon in het bijzonder. Trots was ik! Trots, toen hij zilver haalde in Barcelona, trots op zijn bronzen medaille op het WK in '98 en trots toen hij op een doordeweekse donderdag een touretappe won.

De man die derde van de wereld werd, is definitief gestopt. Beroepsrenner af. Leon, je was de beste. Bijna de beste van de wereld, zeker de beste van Nederland en helemaal de beste van Apeldoorn!

En als jij weer eens won, dan won ik een beetje met je mee.. En voelde ik mij stiekem toch, samen met jou, de beste van Apeldoorn.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten