Maar wat geeft het. Het is lente. Eindelijk!
Een ritje van
60 kilometer stond me te wachten. Mijn fietsgenoten Erik & Maartje
peddelden gedwee voor me uit en ik zoefde gedwee mee. Bleek bij het eerste het
beste bultje dat Maartje over nogal mannelijke fietsdriften bezit en dus net zo
makkelijk mee doet in de wielervariant van ‘wie heeft de langste’.
Ik had de kleinste vandaag.
Maar wat geeft het. Het is lente!
De lentezon deed mijn mannelijk ego verschrompelen. Ik had
genoeg aan het overmatig aanwezige eerste groen. Welgeteld 2 vliegen hebben
zich gedurende de rit flink bezeerd aan mijn brillenglas. Eén vlieg vond zeer
tijdelijk huisvesting schuin links achter mijn huig. Mijn huig vond van niet.
Ga vliegen! Het is lente!
Goed, mijn tweede ritje dus. Hoewel ik heerlijk op de
spreekwoordelijke bagagedrager bij Erik & Maartje zat, vond ik het niet
gepast om deze lentedag helemaal als een toerist vanaf de tweede rij door te
brengen. Ik deed een aflossing van een minuut of vijf. Het is geven en nemen
dacht ik nog. Tijd om te geven.
Ik bedacht me dat ik de kop nam om in ieder geval geen negatief
oordeel over mijn fietsen te krijgen. Ik ben geen wieltjesplakker, geen
profiteur. Deze gedachte maakte plaats voor de gedachte dat ik de rest even uit
de wind hield, zodat zij even de spanning van de benen konden halen. Daar
profiteer ik dan weer van als er weer overgenomen wordt. En zo geschiedde. Toch
eigen belang dus. Profiteur dat ik er ben!
Maar wat geeft het. Het is lente!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten